Onderwandinfarct: verschil tussen versies
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
| Regel 3: | Regel 3: | ||
[[Image:Heart_inferior_wall_scar.jpg|thumb|Een doorgemaakt onderwandinfarct met littekenvorming op doorsnede]] | [[Image:Heart_inferior_wall_scar.jpg|thumb|Een doorgemaakt onderwandinfarct met littekenvorming op doorsnede]] | ||
[[Afbeelding:AMI_inferior.jpg|thumb| Een voorbeeld van een onderwandinfarct.]] | [[Afbeelding:AMI_inferior.jpg|thumb| Een voorbeeld van een onderwandinfarct.]] | ||
[[Afbeelding:AMI_inferior_avblock.jpg|thumb| Bij dit onderwandinfarct is de RCA afgesloten. Argumenten hiervoor zijn de hogere ST elevatie in III ten opzichte van II en de ST depressie in I. Verder is er een totaal AV blok, waarschijnlijk door verminderde doorbloeding van de AV | [[Afbeelding:AMI_inferior_avblock.jpg|thumb| Bij dit onderwandinfarct is de RCA afgesloten. Argumenten hiervoor zijn de hogere ST-elevatie in III ten opzichte van II en de ST-depressie in I. Verder is er een totaal-AV-blok, waarschijnlijk door verminderde doorbloeding van de AV-knooparterie.]] | ||
[[Afbeelding:AMI_inferior_2.jpg|thumb| Bij dit onderwandinfarct is de RCA afgesloten (zelfde | [[Afbeelding:AMI_inferior_2.jpg|thumb| Bij dit onderwandinfarct is de RCA afgesloten (zelfde patiënt als hierboven). Er is nu een atriaal ritme te zien (negatieve P-toppen in de onderwandafleidingen).]] | ||
Een onderwandinfarct wordt gekenmerkt door '''ST elevatie in II, III en | Een onderwandinfarct wordt gekenmerkt door '''ST-elevatie in II, III en AVF'''. | ||
Dit deel (inferior) rust op het diafragma en wordt bij 80% van de | Dit deel (inferior) rust op het diafragma en wordt bij 80% van de patiënten door de rechtercoronairarterie (RCA) van bloed voorzien, bij de overige 20% komt het bloed uit de circumflex (RCX). | ||
Een RCA afsluiting kan zich onderscheiden van een RCX afsluiting op het | Een RCA-afsluiting kan zich onderscheiden van een RCX-afsluiting op het ecg: bij een RCA-afsluiting is er vaak depressie in I en AVL en is de ST-elevatie in III groter dan in II. | ||
{{clr}} | {{clr}} | ||
Huidige versie van 10 jul 2017 om 18:01
| Dit is onderdeel van het hoofdstuk: Ischemie |
Een onderwandinfarct wordt gekenmerkt door ST-elevatie in II, III en AVF. Dit deel (inferior) rust op het diafragma en wordt bij 80% van de patiënten door de rechtercoronairarterie (RCA) van bloed voorzien, bij de overige 20% komt het bloed uit de circumflex (RCX).
Een RCA-afsluiting kan zich onderscheiden van een RCX-afsluiting op het ecg: bij een RCA-afsluiting is er vaak depressie in I en AVL en is de ST-elevatie in III groter dan in II.