Antwoord oefeninfarct 22

Versie door Ivos (overleg | bijdragen) op 12 jul 2017 om 10:38
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Deze pagina is onderdeel van de Oefen-ecg's

Vorig ecg: Oefeninfarct 21 | Volgend oefen-ecg: Oefeninfarct 23

Waar zit het infarct?

Beschrijf het ecg


Antwoord

  • Beschrijf het eerste ecg volgens het 7+2-stappenplan
    • Ritme
      • Het is een regulair ritme. Er zijn normale P-toppen. Conclusie: sinusritme.
    • Hartfrequentie.
      • Gebruik de 'telmethode' (~> 300-150-100-75-60), dus ongeveer 60/min.
    • Geleidingstijden (PQ, QRS, QT)
      • PQ-tijd = 0,30 sec., QRS-duur = 0,10 sec., QTc-tijd = 410 ms. Iedere P-top wordt gevolgd door een QRS, maar de PQ-tijd is > 0,20 sec., er is dus sprake van een eerstegraads-AV-blok.
    • Hartas
      • Vrijwel iso-elektrisch in I, positief in II, III en AVF. Verticaal dus.
    • P-top-morfologie
      • Normale P-top-morfologie
    • QRS-morfologie
      • Smalle q's in de onderwandcomplexen. Complex V3 is afwijkend. Dit is afleiding V4R. Dit is dus een ambulance-ecg, waarbij afleiding V3 op de plek van V4R is gezet.
    • ST-morfologie
      • ST-elevatie in II, III, AVF, V4R, V5 en V6. Reciproke ST-depressie in I, V1-V2, AVR
    • Vergelijking met het oude ecg (niet voorhanden, dus overslaan)
    • Conclusie. Wat is er aan de hand?


Antwoord: acuut inferoposterlateraal infarct. De afsluiting zit proximaal in de rechtercoronairarterie. Argumenten hiervoor zijn:

  • Elevatie in V4R (pathognomonisch voor de rechtercoronairarterie)
  • ST-elevatie in III hoger dan in II
  • Sinusbradycardie (teken dat de sinusknooparterie ook slecht doorbloed is en de afsluiting dus waarschijnlijk vóór de afsplitsing hiervan zit)
  • Eerstegraads-AV-blok
  • ST-depressie in I