Actiepotentiaal: verschil tussen versies

Uit ECGpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
 
(11 tussenliggende versies door 3 gebruikers niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
== Een Actiepotentiaal ==
Een individuele hartcel spant zich aan wanneer er calciumionen naar binnen stromen. Maar deze calciumionen moeten ook weer naar buiten, anders zou de cel aangespannen blijven. Iedere hartslag opnieuw worden er ionen naar binnen gelaten en weer naar buiten gepompt door ion-kanalen op de hartspiercel.


Een elektrisch signaal (actiepotentiaal) bestaat uit een aantal fasen;
Dit proces wordt in gang gezet door een doorgegeven, elektrisch signaal van de naburige cellen. Als reactie hierop, depolariseert de hartcel. Hierbij maakt hij ook zelf een elektrisch signaal, de actiepotentiaal.
* Fase 4, ook wel de rustfase. Het membraanpotentiaal; -90mV
* Fase 0, Snelle natrium kanalen worden geopend en natrium stroomt de cel in (depolarisatie). Dit zorgt voor de snelle upstroke.
*Fase 1, Kalium stroomt de cel uit (efflux) wat ervoor zorgt dat het membraanpotentiaal zichzelf herstelt naar 0mV
*Fase 2, ook wel de plateaufase Deze fase wordt gekenmerkt door kalium efflux en calicium influx (de cel in).
*Fase 3, De kalium efflux overschrijdt de calcium influx. De membraanpotentiaal herstelt zich weer tot 90mV (repolarisatie).


Een actiepotentiaal afgeleid aan 1 hartspiercel ziet er daardoor als volgt uit:
Deze actiepotentiaal bestaat uit een aantal fasen;
*'''Fase 4''': ook wel de rustfase. Het membraanpotentiaal: -90 mV
*'''Fase 0''': snelle natriumkanalen worden geopend en natrium stroomt de cel in (depolarisatie). Dit zorgt voor de snelle upstroke.
*'''Fase 1''': kalium stroomt de cel uit (efflux) wat ervoor zorgt dat het membraanpotentiaal zichzelf herstelt naar 0 mV.
*'''Fase 2''': ook wel de plateaufase. Deze fase wordt gekenmerkt door kalium-efflux (de cel uit) en calcium-influx (de cel in).
*'''Fase 3''': de kalium-efflux overschrijdt de calcium-influx. De membraanpotentiaal herstelt zich weer tot -90 mV (repolarisatie).


[[Afbeelding:Myosytedepolarisatie.jpg]]
[[Afbeelding:actionpotential.png|thumb|De actiepotentiaal van een cardiomyocyt kent verschillende fasen en bijbehorende ionstromen.]]


Een actiepotentiaal gegenereerd door pacemakercellen ziet er echter anders uit. Deze cellen hebben geen provocatie nodig om tot een actiepotentiaal te komen. Dit is het gevolg ven hun uniele eigenschap tot '''automaciteit'''. Daartoe zijn er een aantal verschillen met de actiepotentialen gegenereerd door hartspiercellen;
Doordat aan elkaar grenzende hartspiercellen depolariseren, ontstaat er een soort domino-effect in de vorm van een depolarisatiegolf. Deze depolarisatiegolf wordt geregistreerd op het ecg.
 
* De maximum voltage van pacemekercellen bedraagt -60mV. Hierdoor blijven de snelle natriumkanalen geinactiveerd.
 
* De fase 4 van de pacemekercellen omvat een opwaartse helling. Deze vertegewoordigd een spontane depolarisatie welk het gevolg is van een ionenstroom (Na) genaamd '''If'''. Deze kanalen openenen zich echter tijdens de repolarisatie.
 
* A.g.v. de geinactiveerde natriumkanalen zal de fase 0 minder steil zijn. Deze is nu geheel afhankelijk van de calciumstroom.
 
(zie fig. hieronder rechts)
 
[[Afbeelding:Ionstromen.gif]]
 
Doordat aan elkaar grenzende hartspiercellen depolariseren, ontstaat er een soort domino-effect in de vorm van een depolarisatiegolf. Deze depolarisatiegolf wordt geregistreerd op het ECG.

Huidige versie van 8 jul 2017 om 08:55

Een individuele hartcel spant zich aan wanneer er calciumionen naar binnen stromen. Maar deze calciumionen moeten ook weer naar buiten, anders zou de cel aangespannen blijven. Iedere hartslag opnieuw worden er ionen naar binnen gelaten en weer naar buiten gepompt door ion-kanalen op de hartspiercel.

Dit proces wordt in gang gezet door een doorgegeven, elektrisch signaal van de naburige cellen. Als reactie hierop, depolariseert de hartcel. Hierbij maakt hij ook zelf een elektrisch signaal, de actiepotentiaal.

Deze actiepotentiaal bestaat uit een aantal fasen;

  • Fase 4: ook wel de rustfase. Het membraanpotentiaal: -90 mV
  • Fase 0: snelle natriumkanalen worden geopend en natrium stroomt de cel in (depolarisatie). Dit zorgt voor de snelle upstroke.
  • Fase 1: kalium stroomt de cel uit (efflux) wat ervoor zorgt dat het membraanpotentiaal zichzelf herstelt naar 0 mV.
  • Fase 2: ook wel de plateaufase. Deze fase wordt gekenmerkt door kalium-efflux (de cel uit) en calcium-influx (de cel in).
  • Fase 3: de kalium-efflux overschrijdt de calcium-influx. De membraanpotentiaal herstelt zich weer tot -90 mV (repolarisatie).
De actiepotentiaal van een cardiomyocyt kent verschillende fasen en bijbehorende ionstromen.

Doordat aan elkaar grenzende hartspiercellen depolariseren, ontstaat er een soort domino-effect in de vorm van een depolarisatiegolf. Deze depolarisatiegolf wordt geregistreerd op het ecg.