Atriale Tachycardie

Uit ECGpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
De printervriendelijke versie wordt niet langer ondersteund en kan weergavefouten bevatten. Werk uw browserbladwijzers bij en gebruik de gewone afdrukfunctie van de browser.
Dit is onderdeel van het hoofdstuk: Supraventriculaire ritmestoornissen

Een atriale tachycardie is een min of meer regulair ritme van > 100/min. met smalle QRS-complexen en een supraventriculair ritme dat niet uit de sinusknoop komt maar dus wel uit de atria. De P-toppen hebben daardoor een andere vorm/morfologie en dit is te herkennen als de P-toppen bijvoorbeeld negatief zijn in I en/of AVF. Zie ook atriaal ritme.

Bij zieke patiënten kan het voorkomen dat de atriale tachycardie ontspringt uit meerdere plekken in de atria en dat daardoor meerdere P-top-morfologieën zijn te herkennen, er wisselende AV-geleiding is (wisselende PQ-intervallen, soms zelfs met AV-blok) en daardoor ook variabele kamerfrequenties.

Vagale stimulatie (carotismassage) zou de AV-geleiding moeten vertragen en zal dan duidelijk het snelle, atriale ritme laten zien dat dissocieert van het kamerritme (AV-dissociatie door AV-blok). Atriale tachycardieën kunnen behandeld worden met antiaritmische medicatie en ook met ablatie.