Hartfrequentie

Uit ECGpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Hoe vaak slaat het hart per minuut?

De breedte van een hokje op het ECG geeft de tijd weer
De aftelmethode om de hartfrequentie te bepalen. Hier is de hartfrequentie tussen 150 en 300 en dichter bij de 300. Met de finetuning-methode tussen de 250 en 214/min. (222/min precies)
Nog een keer de aftelmethode. De hartslag is hier respectievelijk 75/min en 38/min.

Een vrij eenvoudige vraag en met wat rekenwerk makkelijk te beantwoorden.

Het ECG papier liep destijds met 25 mm/seconde door het ECG apparaat. Tegenwoordig worden ECG's digitaal geregistreerd, maar het principe is hetzelfde. Het ECG papier heeft een raster verdeling. Grote hokjes zijn 5 mm breed = 0.20 seconde. Kleine hokjes zijn 1 mm breed = 0.04 seconde.

Er zijn twee eenvoudige manieren om de hartfrequentie (HF) te berekenen:

  1. De aftel methode (het liefst te gebruiken bij een normale sinusritme). Hierbij gebruikt men de sequentie 300-150-100-75-60-50-43-37. Men begint met aftellen bij een willekeurig QRS-complex. Dit is het startpunt. De daarop volgende grote hokje is 300, de volgende 150 enz. Men stopt met tellen bij het volgende QRS-complex. Valt deze tussen twee aftelpunten dan neemt men een gemiddelde.
  2. De 3 seconde marker methode (te gebruiken bij onregelmatige ritmen). Tel het aantal QRS-complexen die binnnen een tijdsbestek van 3 seconden vallen (tussen twee markers die sommige ECG apparaten aangeven). Deze vermenigvuldigt men dan met 20. Dit levert het aantal slagen per minuut.


Finetuning van de aftelmethode Met de volgende kleinere onderverdelingen kan bovengenoemde aftelmethode nog nauwkeuriger gebruikt worden:

  • 300-250-214-187-167-150
  • 150-136-125-115-107-100
  • 100-94-88-83-79-75
  • 75-71-68-65-62-60