DV Casus 3 Antwoord: verschil tussen versies

Uit ECGpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
 
Regel 3: Regel 3:
|previousname= /
|previousname= /
|nextpage= DV_Casus_4
|nextpage= DV_Casus_4
|nextname= DVA Casus 4
|nextname= DV casus 4
}}
}}
[[Image:DVA0003.jpg|700px|thumb|left|DV Casus 3. Klik tweemaal op de afbeelding voor een volledige vergroting.]]
[[Image:DVA0003.jpg|700px|thumb|left|DV casus 3. Klik tweemaal op de afbeelding voor een volledige vergroting.]]
{{clr}}
{{clr}}
==Vragen==
==Vragen==

Huidige versie van 12 jul 2017 om 13:30

Deze casus is onderdeel van de Casus-reeks van dr. De Voogt

Vorige casus: / | Volgende casus: DV casus 4

DV casus 3. Klik tweemaal op de afbeelding voor een volledige vergroting.


Vragen

Deze Holter-registratie toont een pauze.

  1. Is dit een SA-exit-blok?
  2. Is dit een AV-blok type Wenckebach?
  3. Of is er een andere oorzaak van de 2 pauzes op deze ritmestrook?

Antwoorden

  1. Bij een SA-exit-blok is het lastig om de geleidingsvertraging te diagnosticeren aangezien deze niet direct zichtbaar is op het oppervlakte-ecg. SA-blok uit zich als een plotselinge verveelvoudiging van het PP-interval, bijvoorbeeld bij een 2:1-blok. Het kan zich echter ook uiten als een progressieve verkorting van het PP-interval, zoals bij een SA-Wenckebach-blok.
  2. Soms is het lastig een AV-Wenckebach te herkennen op het ecg, omdat de toename van het PR-interval minimaal kan zijn. Het PR-interval na de pauze is korter dan in de volgende slagen op deze ritmestrook. Dit kan een aanwijzing zijn voor AV-Wenkebach. In het algemeen is de AV-geleiding na een langere pauze beter dan bij een hogere frequentie. Het kortere PR-interval wil dus niet per se zeggen dat het hier om AV-Wenkebach gaat.
  3. De oorzaak van de pauze is een boezemextrasytole, zoals die te zien is in de T-golf van de laatste slag voor de pauze. Deze T-golf heeft een andere vorm dan de T-golf van de voorafgaande slagen.

De juiste diagnose is geblokkeerde boezemextrasystolen.

Deze boezemextrasystole wordt niet voortgeleid over de AV-knoop, aangezien de AV-knoop nog refractair is van de vorige depolarisatie. De boezemextrasystole wordt retrograad geleid richting sinusknoop, waardoor het atriale weefsel rond de sinusknoop refractair wordt. Hierdoor kan de sinusknoop-activiteit het atrium niet activeren en daarom is er ook geen P-top te zien.

De pauze is ongeveer twee keer zo lang als het eraan voorafgaande PP-interval.