Lange-QT-syndroom

Het Lange QT syndroom betreft een aandoening waarbij, zoals de naam al doet vermoeden, de QT tijd op het ECG verlengd is. Dit kan aangeboren zijn, maar ook verworven. Bij een verlengde QT tijd is de repolariatie vertraagd. Dat wil zeggen dat de hartcellen langer nodig hebben om zich klaar te maken voor de volgende slag. Als er een nieuwe hartslag komt, terwijl nog niet alle hartcellen daar klaar voor zijn, kunnen ernstige ritmestoornissen ontstaan, zoals Torsades de Pointes en Ventrikelfibrilleren.

Diagnose en behandeling

De diagnose wordt gesteld aan de hand van het ECG. Hierbij kijkt men naar het QT-interval als mede naar de T-golven (repolarisatie). Soms is de QT tijd lastig te bepalen. Kijk hier voor het meten van de QT tijd bij afwijkende QT patronen.

Voor de behandeling zijn er een aantal mogelijkheden;

  • medicatie; beta-blokker, niet effectief in het reduceren van het risico op plotse hartdood
  • Pacemaker , ICD

Aangeboren LQTS

 
De drie meest voorkomende vormen van het lange QT syndroom zijn te herkennen aan specifieke ECG afwijkingen: LQT3 verlengde QT tijd met 'late onset' T golf van normale vorm; LQT2 kleine late T top; LQT1 'early onset' T top met brede basis.
 
Lange QT syndroom type 8 met alternerende T toppen

Congenitale LQTS is een erfelijke aandoening waarbij de ventriculaire repolarisatie verlengd is, wat zich onder meer uit in een verlengde QT tijd op het ECG. Syncope en plotse hartdood treedt bij LQTS vaak op tijdens een specifieke ventriculaire ritmestoornis: torsades de pointes. Hierbij draait de hartas continu, tijdens een ventriculaire tachycardie. Torsades de pointes kan overgaan in ventrikelfibrilleren en plotse hartdood. De prevalentie is ongeveer 1:3000-5000. De symptomen starten vaak in de tienerleeftijd. Niet alle dragers van afwijkende LQTS genen zijn ook ziek. De uiting kan wisselen van extreme QT velenging en regelmatige syncope, tot minimaal verlenge QT tijd, zonder enig symptoom.

Onderzoek heeft aangetoond, dat de aangeboren vormen berusten op een genetisch defect in de genen die coderen voor ionenstromen die verantwoordelijk zijn voor de repolarisatiefase van een actiepotentiaal. He meest voorkomende defect berust op die van de uitwaartse kaliumstroom. Dit leidt tot een verlengde repolarisatie en dus een verlengde QT-tijd. Tevens bestaan er ook defecten in de natriumkanalen. Er is dan met name sprake van een langere inwaartse natriumstroom. Het gevolg is een langere actiepotentiaal als mede een langere QT-tijd.

Er zijn inmiddels 8 LQTS genen beschreven met ieder verschillende kenmerken:

type chromosoom gen eiwit frequentie SCD incidentie oververving ECG kenmerken
LQTS1 11p15 KCNQ1 KvLQT1 (Iks) ~50% 0.30%/jaar AD, AR 'early onset' T top met brede basis
LQTS2 7q35 KCNH2 hERG(Ikr) 30-40% 0.60%/jaar AD kleine late T top
LQTS3 3p21 SCN5A NA kanaal 5-10% 0.56%/jaar AD 'Late onset' T golf van normale vorm
LQTS4 4q25 ANK2 Ankyrin B zeldzaam AD
LQTS5 21q22 KCNE1 minK (Iks) zeldzaam AD/AR
LQTS6 21q22 KCNE2 MiRP1(Ikr) zeldzaam AD
LQTS7 17 KCNJ2 IK1 zeldzaam AD
LQTS8 alternerene T golven

Nog voordat deze genen bekend waren, waren er al enkele syndromen beschreven, die gepaard gingen met een lange QT tijd.

  • Anton Jervell and Fred Lange-Nielsen uit Oslo beschreven in 1957 een autosomaal recessief overervend syndroom dat gepaard ging met QT verlenging, doofheid en plotselinge hartdood. Sindsdien heet dit syndroom Jervell-Lange-Nielsen syndroom. [1]
  • Romano-Ward syndroom is een lange QT syndroom met normale gehoorfunctie en erft i.t.t. de anderen autosomaal dominant over.

Inmiddels is bekend dat ook deze syndromen berusten op afwijkingen in bovenstaande genen.

Verworven LQTS

Dit verschijnsel wordt m.n. gezien bij het gebruik van sommige anti-arrhytimica (amiodarone, kinidine), tricyclische antidepressiva, antibiotica (erytromycine), sommige antihistaminica, hypokaliëmie, hypomagnesiëmie. Daarnaast kan het lange QT-syndroom ook het gevolg zijn van sommige vormen van hooggraadig of totaal AV-blok. Tevens kunnen we bij patiënten met een mitralisprolaps of myocardischemie een verlengde QT-tijd detecteren.

Beide vormen kunnen predisponeneren tot het ontstaan van polymorfe ventriculaire tachycardieën van het type Torsade de Pointes. Een verlengede QT-tijd leidt echter niet altijd tot ritmestoornissen. Zo wordt bijv. het Lange QT-patroon gekenmerkt door uitsluitend een verlengde QT-tijd op het ECG. Het Lange QT-syndroom daarentegen wordt gekenmerkt door polymorfe ventriculaire tachycardieën met de daaraan gerelateerde syncopen en of plotselinge hartdood.

Externe links

  1. LongQT.org Powerpoint presentatie over lange QT syndroom
  2. Torsades.org met een lijst met QT verlengende medicatie
  3. Cardiogenetica.nl

Referenties

  1. JERVELL A and LANGE-NIELSEN F. Congenital deaf-mutism, functional heart disease with prolongation of the Q-T interval and sudden death. Am Heart J. 1957 Jul;54(1):59-68. DOI:10.1016/0002-8703(57)90079-0 | PubMed ID:13435203 | HubMed [Lang1957]
  2. Moss AJ, Zareba W, Benhorin J, Locati EH, Hall WJ, Robinson JL, Schwartz PJ, Towbin JA, Vincent GM, and Lehmann MH. ECG T-wave patterns in genetically distinct forms of the hereditary long QT syndrome. Circulation. 1995 Nov 15;92(10):2929-34. DOI:10.1161/01.cir.92.10.2929 | PubMed ID:7586261 | HubMed [Moss]
  3. Schwartz PJ, Priori SG, Spazzolini C, Moss AJ, Vincent GM, Napolitano C, Denjoy I, Guicheney P, Breithardt G, Keating MT, Towbin JA, Beggs AH, Brink P, Wilde AA, Toivonen L, Zareba W, Robinson JL, Timothy KW, Corfield V, Wattanasirichaigoon D, Corbett C, Haverkamp W, Schulze-Bahr E, Lehmann MH, Schwartz K, Coumel P, and Bloise R. Genotype-phenotype correlation in the long-QT syndrome: gene-specific triggers for life-threatening arrhythmias. Circulation. 2001 Jan 2;103(1):89-95. DOI:10.1161/01.cir.103.1.89 | PubMed ID:11136691 | HubMed [Schwartz2001]
  4. Shah M, Akar FG, and Tomaselli GF. Molecular basis of arrhythmias. Circulation. 2005 Oct 18;112(16):2517-29. DOI:10.1161/CIRCULATIONAHA.104.494476 | PubMed ID:16230503 | HubMed [Shah2005]

Alle samenvattingen van Medline: PubMed | HubMed