Antwoord oefeninfarct 15
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Deze pagina is onderdeel van de Oefen-ecg's
Vorig ecg: Oefeninfarct 14 | Volgend oefen-ecg: Oefeninfarct 16 |
Waar zit het infarct?
Antwoord
- Beschrijf het ecg volgens het 7+2-stappenplan
- Ritme
- Het is een regulair ritme en ieder QRS-complex wordt voorafgegaan door een P-top. De P-top is positief in II, III en AVF en komt dus vanuit de sinusknoop. Conclusie: sinusritme.
- Hartfrequentie.
- Gebruik de 'telmethode' (ongeveer 5 grote hokjes ~> 300-150-100-75-60), dus ongeveer 60/min.
- Geleidingstijden (PQ, QRS, QT)
- PQ-tijd = 0,16 sec. (4 kleine hokjes), QRS-duur = 0,08 sec., QT-tijd = 360 ms, QTc-tijd 360 ms (bij een frequentie van 60/min. is de QT-tijd gelijk aan de QTc-tijd)
- Hartas
- Positief in I, II en AVF. Negatief in III. Dus een intermediaire hartas.
- P-top-morfologie
- De P-top is niet hoger dan 2,5 mm in afleiding II en het terminale deel in V1 is niet groter dan 1 mm.
- QRS-morfologie
- Een Q in AVL, maar niet in I. QS-patroon in V2-V3. Dus pathologische Q's in V2-V3 (in V1 zit er misschien nog een kleine r voor). QRS-duur < 0,12 seconde dus geen bundeltakblok. Geen linkerventrikelhypertrofie, want S in V1 + R in V5 < 35 mm.
- ST-morfologie
- Forse ST-depressie in II, III en AVF. ST-elevatie in I, AVL en V1-V5.
- vergelijking met het oude ecg (niet voorhanden, dus overslaan)
- conclusie. Wat is er aan de hand?
- Ritme
Antwoord: acuut anteroseptaalmyocardinfarct. De hartfrequentie is relatief laag voor een dergelijk groot infarct.