5.025
bewerkingen
Regel 2: | Regel 2: | ||
===Hoe vaak slaat het hart per minuut?=== | ===Hoe vaak slaat het hart per minuut?=== | ||
[[Afbeelding:ECGpapier.jpg|thumb]] | [[Afbeelding:ECGpapier.jpg|thumb]] | ||
[[Afbeelding:Ecgfreq.jpg|thumb]] | |||
[[afbeelding:Bradycardie.GIF|thumb]] | |||
Een vrij eenvoudige vraag en met wat rekenwerk makkelijk te beantwoorden. | Een vrij eenvoudige vraag en met wat rekenwerk makkelijk te beantwoorden. | ||
Regel 8: | Regel 10: | ||
Het ECG papier heeft een raster verdeling. Grote hokjes zijn 5 mm breed = 0.20 seconde. Kleine hokjes zijn 1 mm breed = 0.04 seconde. | Het ECG papier heeft een raster verdeling. Grote hokjes zijn 5 mm breed = 0.20 seconde. Kleine hokjes zijn 1 mm breed = 0.04 seconde. | ||
'''Er zijn | '''Er zijn twee manieren om de hartfrequentie (HF) te berekenen:''' | ||
# De aftel methode (het liefst te gebruiken bij een normale sinusritme). Hierbij gebruikt men de sequentie 300-150-100-75-60-50-43-37. Men begint met aftellen bij een willekeurig QRS-complex. Dit is het startpunt. De daarop volgende grote hokje is 300, de volgende 150 enz. Men stopt met tellen bij het volgende QRS-complex. Valt deze tussen twee aftelpunten dan neemt men een gemiddelde. In de afbeelding is het hartritme dus tussen 150 en 300 en dichter bij de 300. (222/min precies). | |||
#De aftel methode (het liefst te gebruiken bij een normale sinusritme). Hierbij gebruikt men de sequentie 300-150-100-75-60-50-43-37. Men begint met aftellen bij een willekeurig QRS-complex. Dit is het startpunt. De daarop volgende grote hokje is 300, de volgende 150 enz. Men stopt met tellen bij het volgende QRS-complex. Valt deze tussen twee aftelpunten dan neemt men een gemiddelde. In | |||
# De 3 seconde marker methode (te gebruiken bij onregelmatige ritmen). Tel het aantal QRS-complexen die binnnen een tijdsbestek van 3 seconden vallen (tussen twee markers die sommige ECG apparaten aangeven). Deze vermenigvuldigt men dan met 20. Dit levert het aantal slagen per minuut. | # De 3 seconde marker methode (te gebruiken bij onregelmatige ritmen). Tel het aantal QRS-complexen die binnnen een tijdsbestek van 3 seconden vallen (tussen twee markers die sommige ECG apparaten aangeven). Deze vermenigvuldigt men dan met 20. Dit levert het aantal slagen per minuut. | ||
Met de volgende kleinere onderverdelingen kan bovengenoemde aftelmethode nog nauwkeuriger gebruikt worden: | Met de volgende kleinere onderverdelingen kan bovengenoemde aftelmethode nog nauwkeuriger gebruikt worden: | ||
Regel 20: | Regel 19: | ||
**'''100'''''-94-88-83-79-'''''75''' | **'''100'''''-94-88-83-79-'''''75''' | ||
**'''75'''''-71-68-65-62-'''''60''' | **'''75'''''-71-68-65-62-'''''60''' | ||
{{clr}} | {{clr}} |