Ventrikelfibrilleren
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
| Dit is onderdeel van het hoofdstuk: Ventriculaire ritmestoornissen |
| Atriale frequentie | 60-100 bpm |
| Ventriculaire frequentie | 400-600 bpm |
| Regelmaat | irregulair |
| Oorsprong ritme | ventrikels |
| P-top | AV-dissociatie |
| Effect van adenosine | geen |
| Voorbeeld-ecg: zie hiernaast | |
Chaotische depolarisatie van de ventrikels. Mechanisch een hartstilstand. Alleen te behandelen met elektrische cardioversie. Indien de patiënt bij bewustzijn is, is het meestal een technische fout of elektrische stoornis (bijvoorbeeld tandenpoetsende patiënt). Op het ecg te herkennen aan de totale onregelmatigheid. Er is geen vast patroon.
zie ook:
Voorbeelden
Ventrikelfibrilleren (VF of V-fib)
Het ontstaan van ventrikelfibrilleren tijdens een onderwandinfarct.
Eerst 7 slagen sinusritme, dan een vroege ventriculaire extrasystole (R-op-T), gevolgd door het ontstaan van ventrikelfibrilleren.
Video
<youtube>oDvlb62Mrt4</youtube>